Terug naar de Legwijzers en informatie

Legwijzer voor de lastige hoeken en leidingen

Als je zelf je vloer gaat leggen, zul je ongetwijfeld te maken krijgen met hoeken die niet mooi haaks zijn, leidingen die uit de vloer steken of deurposten waar je rekening mee moet houden. Bovendien komt het zelden voor dat je in de breedte precies goed uitkomt met de planken en vaak moet je planken in de lengte doorzagen. Of je nu laminaat, PVC of een houten vloer legt, het principe voor het op maat maken van de planken – of stroken – is voor elke vloer gelijk. Hieronder volgen de belangrijkste aanwijzingen. Om de vormen uit te zagen is een decoupeerzaag of een oscillerende multitool een onmisbaar stuk gereedschap.

Lastige vormen, zoals deurposten bijvoorbeeld

Het gemakkelijkst werk je voor dit doel met een profielmal. Dit is een hulpstuk met verschuifbare pennetjes die je tegen de onregelmatige vorm duwt waardoor de pennetjes die vorm aannemen. Deze vorm teken je vervolgens over op de plank. Vergeet niet om rekening te houden met de welnaad! Heb je geen profielmal, teken dan de vorm eerst uit op een vel papier en knip hem uit. Als de vorm goed is, neem je hem over de plank.

Hoeken die niet haaks zijn

Voor deze situatie brengt een zweihaak uitkomst. Dit is een soort scharnierende winkelhaak. Het ene deel leg je tegen de ene wand, tegen de andere wand draai je het andere deel. Meestal heeft een zweihaak de mogelijkheid om de gemeten hoek vast te zetten. Plaats de zweihaak op de plank en neem de hoek over. Heb je geen zweihaak maar bijvoorbeeld wel een scharnierende duimstok? Als je voorzichtig doet en tijdens het verplaatsen de benen van de duimstok niet verschuift, kun je ook hiermee de vorm van de hoek op de plank overnemen.

Planken in de lengte doorzagen

Lang niet elke muur loopt keurig recht en alleen de breedte van de te leggen laatste strook planken overnemen, is meestal niet voldoende. Daarom doe je het zo: Leg de te verzagen plank precies op de laatst gelegde baan, let op dat mes en groef aan de goede kant zitten. Leg op deze plank een tweede plank op en schuif deze tegen de muur, waarbij je rekening houdt met de welnaad. Ondersteun de plank met een paar losse, smalle restanten. Teken de rand van deze tweede plank af op de te verzagen plank. Je hebt nu precies de goede breedte voor de plank.

Bij leidingen

Zitten de leidingen aan de kant waar de kopse kanten komen, neem dan een lange plank en een kort stuk en pas die in elkaar. Boor met een speedboor de gaten voor de leidingen, precies door het hart van de verbindingsnaad. Neem een diameter die 1 cm groter is dan de diameter van de leiding. Maak het korte stuk op maat, schuif dit achter de leidingen en lijm het vast aan de lange plank met de halfronde gaten.

Zitten de leidingen aan de kant waar de lange zijden komen? Boor op de juiste plek – goed afmeten! – met een speedboor gaten die een cm groter zijn dan de diameter van de leidingen. Zaag dan vanaf de lange kant schuin naar de buitenkanten van de gaten, naar de plek waar de gaten op hun breedst zijn. Zaag ook de middenlijn tussen de twee gaten door. Je hebt nu een reststuk in de vorm van een trapezium met twee halfopen gaten aan de smalle kant. Schuif dit stuk achter de leidingen en lijm het vast aan de lange plank. Plaats rozetten naar keuze rond de leidingen voor een mooie afwerking.